Algemene schrijfadviezen, hoe interessant ook, kunnen soms wat abstract blijven. Daarom geef ik op deze plek concrete feedback op ingezonden verhaalfragmenten. Ik analyseer wat er goed gaat in het fragment, maar wijs ook verbeterpunten aan. Ook een tekst insturen? Hier vind je details.
Het fragment
Fantasy draait niet zelden om het magische en verwonderlijke, en dat is ook het thema van het fragment dat ik deze keer bespreek. Mariëlle Douma, op Instagram bekend als @BooksByMarielle, beschreef een ontmoeting tussen haar hoofdpersoon en een prachtige draak.
Het volgende moment stond Raelon oog in oog met het mooiste wezen dat hij ooit had gezien. Het had hemelsblauwe schubben, die glinsterden in het zonlicht als een aaneenschakeling van juwelen. Een lange, slanke nek en gespierde poten met vervaarlijke klauwen. Ze had vleugels groter dan het zeil van een schip, zo dun dat ze bijna doorzichtig leken, maar Raelon was ervan overtuigd dat geen zwaard ze kon doorboren. Van de kop met glanzende stekels tot aan staart met grotere, afstaande schubben, het was een majestueus dier. Raelon haalde diep adem en maakte een buiging, alsof dat de enige vorm van begroeting was die schepsel eer betuigde. Hij realiseerde zich opeens dat hij nog nooit in zijn leven voor wie of wat dan ook had gebogen.
‘Gegroet, o machtige draak,’ zei hij terwijl hij naar de klauwen staarde. Hij wist zeker dat ze hem kon verstaan, al snapte hij niet helemaal waarom hij dat dacht.
Met een schok draaide de kop van het dier in zijn richting. De ogen fonkelden als een smaragd. Raelons mond zakte open toen hij een spoortje angst in de diepte van die edelstenen ontdekte. Hoe kon het dat hij zo’n machtig wezen angst aanjoeg? Hoorde het niet andersom te zijn?
‘Ik wilde u niet laten schrikken, o stralende blauwe,’ probeerde hij de draak te sussen, al betwijfelde hij of ze hem eigenlijk wel begreep. Tenslotte beheerste hij vele talen, maar Draaks was daar nou niet echt één van.
De draak knipperde één keer, langzaam en statig, en spreidde haar vleugels. Met één soepele beweging zette ze zich af en koos het luchtruim. Raelon bleef als verdoofd achter, totdat zelfs haar glimmende staart uit het zicht was verdwenen. Het voelde alsof zijn hart een hele hoop slagen had overgeslagen. Hij haalde heel diep adem, staarde nog even naar de lucht, en schudde zijn hoofd, alsof hij zichzelf uit een droom wilde wekken.
Mariëlle Douma
Algemeen
De verwondering over de bijzondere ontmoeting komt duidelijk uit het fragment naar voren. De eerste alinea is een mooi voorbeeld van een situatie waarin uitgebreid stilstaan bij een beschrijving juist goed werkt, omdat het aansluit bij het ritme van de scène en de aandacht van de hoofdpersoon. De lezer staat samen met Raelon ademloos naar de draak te kijken. Ook Raelons eerbiedige gedrag en het feit dat de ontmoeting desondanks niet loopt zoals hij had verwacht, dragen bij aan de sfeer van verwondering en het beeld van een mysterieus, ongrijpbaar wezen.
Details
Hoewel de opzet van de scène goed werkt, zijn er op zinsniveau een aantal punten waar ik denk dat de tekst sterker kan.
Het volgende moment stond Raelon oog in oog met het mooiste wezen dat hij ooit had gezien. Het had hemelsblauwe schubben, die glinsterden in het zonlicht als een aaneenschakeling van juwelen. Een lange, slanke nek en gespierde poten met vervaarlijke klauwen. Ze had vleugels groter dan het zeil van een schip, zo dun dat ze bijna doorzichtig leken, maar Raelon was ervan overtuigd dat geen zwaard ze kon doorboren.
De draak wordt afwisselend met ‘het’ en ‘zij’ aangeduid. Het is mooier om daar consequent in te zijn, zeker in een opsomming zoals hier, waar het extra opvalt. De keuze is waarschijnlijk gemaakt om aan te sluiten op ‘het wezen’ in de eerste zin, maar in het Nederlands mag je bij personen gewoon het daadwerkelijke geslacht gebruiken in een verwijzing, ook bij een onzijdig woord (denk bijvoorbeeld ook aan ‘het kind’).
In de zin over de nek en poten ontbreekt een onderwerp. Daar is in principe niets mis mee, maar in dit rijtje kenmerken vind ik dat het slordig overkomt. Als het om de afwisseling in zinsbouw gaat: overweeg ook eens een constructie als ‘Haar vleugels waren groter dan …’
Over die vleugels gesproken: welk zeil van welk schip? Er zit nogal een verschil tussen het grootzeil van een driemaster of het enige zeil van een vissersbootje.
Waaruit maakt Raelon op dat geen zwaard de vleugels kan doorboren? Is het iets wat hij ziet, kennis die hij al heeft, of pure verwondering?
Van de kop met glanzende stekels tot aan staart met grotere, afstaande schubben, het was een majestueus dier. Raelon haalde diep adem en maakte een buiging, alsof dat de enige vorm van begroeting was die schepsel eer betuigde. Hij realiseerde zich opeens dat hij nog nooit in zijn leven voor wie of wat dan ook had gebogen.
Hier mist een ‘de’ voor ‘staart’. Verder hoort er na ‘schubben’ een dubbele punt, geen komma. Of drie puntjes, en dan een hoofdletter bij ‘Het was’.
Verderop denk ik dat er ‘een schepsel als dit’ bedoeld wordt. Ook dan nog mis ik iets in het laatste stuk van die zin. Misschien ‘eer kon betuigen’? Of ‘voldoende eer betuigde’?
De laatste zin is prachtig, omdat hij zowel iets zegt over Raelons houding op dit moment als in zijn dagelijks leven. Het hangt natuurlijk van de gewoontes in de setting en zijn positie af hoe we dit precies moeten interpreteren, maar hij is normaal gesproken geen onderdanig type.
‘Gegroet, o machtige draak,’ zei hij terwijl hij naar de klauwen staarde. Hij wist zeker dat ze hem kon verstaan, al snapte hij niet helemaal waarom hij dat dacht.
Met een schok draaide de kop van het dier in zijn richting. De ogen fonkelden als een smaragd. Raelons mond zakte open toen hij een spoortje angst in de diepte van die edelstenen ontdekte. Hoe kon het dat hij zo’n machtig wezen angst aanjoeg? Hoorde het niet andersom te zijn?
We hebben natuurlijk al een uitgebreide beschrijving gehad, maar juist omdat hij specifiek naar die klauwen staart, lijkt het me mooi als je hier iets meer detail geeft; iets over de schubben of de nagels misschien.
Twee ogen, dus ‘smaragden’ in meervoud!
‘Ik wilde u niet laten schrikken, o stralende blauwe,’ probeerde hij de draak te sussen, al betwijfelde hij of ze hem eigenlijk wel begreep. Tenslotte beheerste hij vele talen, maar Draaks was daar nou niet echt één van.
Daarnet wist Raelon nog zeker dat ze hem verstond. ‘Betwijfelen’ heeft een tegenovergestelde lading: hij is er vrijwel zeker van dat het niet zo is. Ik zou hier gaan voor het neutralere ‘twijfelde’, en eventueel het contrast nog extra benadrukken met iets als ‘al twijfelde hij nu toch of…’
De volgende zin leest wat stroef en nietszeggend. Misschien is dit een mooie gelegenheid om iets van de setting of Raelons achtergrond te laten doorschemeren: ‘maar Draaks was niet iets dat je op school / op het marktplein / etc tegenkwam’. Liefst natuurlijk nog wat specifieker.
De draak knipperde één keer, langzaam en statig, en spreidde haar vleugels. Met één soepele beweging zette ze zich af en koos het luchtruim. Raelon bleef als verdoofd achter, totdat zelfs haar glimmende staart uit het zicht was verdwenen. Het voelde alsof zijn hart een hele hoop slagen had overgeslagen. Hij haalde heel diep adem, staarde nog even naar de lucht, en schudde zijn hoofd, alsof hij zichzelf uit een droom wilde wekken.
Is ‘knipperen’ het beste woord als het langzaam en statig gebeurt?
Ik heb wat moeite om voor me te zien waar en hoe de draak verdwijnt. Zijn er bomen of rotsen waar ze overheen vliegt? Of verdwijnt ze in de verte? In beide gevallen kan ik me niet voorstellen dat er veel tijd zit tussen het verdwijnen van het lichaam en de staart. Dus hoewel het een mooi detail is, trekt het me uit het verhaal doordat ik zit te puzzelen om het logisch te maken.
‘Een hele hoop’ sluit qua toon en register niet zo goed bij de rest van de tekst aan. Daar is vast iets mooiers voor te vinden. Maar het is mooi hoe Raelons emotionele staat wordt neergezet met die laatste zinnen: verward, een beetje verslagen misschien, maar vooral zwaar onder de indruk van wat hij zojuist heeft meegemaakt.
Jouw verhaal in deze rubriek terugzien?
Ik help je graag met gratis feedback op een verhaalfragment van ongeveer 300 woorden. Klik hier voor meer informatie over het opsturen van je tekst.